Reisverslag Vietnam

Free Bird Focus on tour in Vietnam.

Deel 1

Zondag 27 september met mooi nazomerweer vertrokken vanaf Schiphol. Precies volgens schema om 2 uur de lucht in met Cathay Pacific. Na een zeer voorspoedige vlucht om 10 over 1 Nederlandse tijd geland in Hong Kong. Daar was inmiddels de dag aangebroken en was het 10 over 7, om 9 uur zou onze laatste etappen van start gaan met Vietnam Airlines naar Hanoi. We vertrokken ook precies op tijd, maar kwamen op de taxibaan in de file te staan en duurde het nog ruim 20 min voor we het luchtruim kozen.  In stralend weer vertrokken we uit Hong Kong en in een onveranderd weerbeeld kwamen we in Hanoi aan. Na het aanschaften van enkele miljoenen Dongs, ongeveer 200 euro, was een taxi die ons naar de stad moest brengen snel gevonden. Het pittoreske vliegveldje ligt ongeveer 30 km van de stad. Het Sunny Hotel waar we onze intrek namen ligt midden in de oude wijk en het gonsden er van de bedrijvigheid. Maar wij lieten de wijk even gonzen en begonnen eerst met wat achterstallige slaap weg te werken.  Om 3 uur in de middag waren we weer helemaal up to day en begonnen we aan een verkenningstocht te voet door de wijk. Het was de zelfde wijk als waar we in 1995 ook verbleven maar er bleken toch al veel herkenningspunten uit ons geheugen gewist, want het hotelletje waar we toen verbleven konden we niet meer vinden. Het lijkt ook allemaal erg op elkaar en ook de namen van de straten klinken ons vreemd in de oren en dus niet makkelijk om te onthouden. Maar het eten is nog altijd heerlijk en de duizenden fietsers zijn nu brommers en scooters geworden. Het hele verkeer is een mierenhoop van brommende Vietnamezen en het is onbegrijpelijk maar ze raken elkaar niet. Ik moet er eerlijkheids halve wel bij vertellen dat ze niet hard rijden. Morgen gaan wij ons ook in die mierenhoop begeven want we hebben bij het hotel al laten weten dat we morgen de beschikking willen hebben over een Honda Dream, het merk waar ze bijna allemaal op rond rijden. Na een slechte nachtrust, om 2 uur klaar wakker, toch om 7 uur opgestaan om zo snel mogelijk in het goede ritme te komen. Maar wat een teleurstelling toen we naar buiten keken, geen zon te bekennen en de regen viel gestaag uit de lucht, dus de regencape voor de dag gehaald en de scooter gestart. Het was niet koud, het leek of we door een warme douche reden. Eerst even door de oude handelswijk gereden, waar alle winkels de zelfde waar verkopen. Dus verkoop je meubels dan verkoopt niet alleen je buurman ook meubels, maar de hele straat verkoopt meubels. Zo is het ook met electrowaren, stoffen, schoenen, kleren, brommers en noem maar op. Dus als de ene winkel je niet bevalt hoef je niet ver te gaan om de volgende te proberen. Daarna zijn we naar meneer Ha van Discover East gereden om te controleren of onze afspraak om voor hem naar Ha Long Bay te gaan allemaal was geregeld. Meneer Ha was blij ons weer te zien na onze kennismaking op de vakantiebeurs in Utrecht. Daarna zijn we naar het mausoleum van Ho Chi Minh gereden. Hij ligt daar nog altijd opgebaard. Je kunt hem alleen voordemiddag bezoeken, wij hebben dat niet gedaan, want we hebben hem 13 jaar geleden al gezien en je moet je camera, tas en mobieltje inleveren en na een grondige inspectie mag je in de rij aansluiten om langs zijn graf te lopen en je mag zeker niet stilstaan, dus filmen is er niet toegestaan. De volgende morgen om 8 uur stopte keurig op tijd de Mercedes bus voor het hotel om ons naar Ha Long Bay te brengen, een tocht van 3,5 uur. Daar zijn we op een hotelboot gestapt en zijn de Baai van Tonkin op gevaren.

                                         

Een onbeschrijflijk mooi panorama strekt zich voor ons uit, meer dan 3000 bergtoppen rijzen loodrecht uit de zee omhoog en dat met een mooie zonnige hemel, prachtig. Ik vraag me af hoe de schipper de weg weet, want na een half uurtje varen lijkt het of we in een doolhof beland zijn. We worden naar het restaurant op de boot geroepen voor het diner. De boot heeft 10 twee persoons kamers dus met 20 personen zitten we op de boot. Toen we aan ons tafeltje zaten met een heerlijk Vietnamees diner moest ik aan de mensen denken, die zeiden gaan jullie naar Vietnam, wat is daar te zien? Nou die nodig ik uit om naar de film te komen kijken. Rond 5 uur meerden we ergens in de baai af, waar weet ik niet want we waren helemaal gedesoriënteerd, maar dat maakt niet uit als de schipper het maar weet. We doken van de boot in het lauwe water, dit is het water waar Jan wel gaat zwemmen, dan is het aan de Noordzee maar behelpen.De hele avond in een zwoel briesje (met een koud biertje) op het zonnedek, fout op het maandek doorgebracht, met om ons heen de silhouetten van de uit zee oprijzende bergtoppen. Wat is het leven toch goed. Rond 11 uur naar bed, de airco had de kamer mooi op temperatuur, dus uitstekend geslapen. De volgende morgen eerst een grot bezocht in een van de bergtoppen die boven het water uitsteken, en daarna weer terug gevaren naar de haven van Ha Long Bay. Om 12 uur stapten we weer in de Mercedes bus van meneer Ha en ging het weer richting Hanoi. De volgende dag vrijdag 3 okt een scooter gehuurd en hebben we ons in het chaotische verkeer van Hanoi gestort en hebben opnamen van de stad gemaakt. Zaterdag werden we al voor 8 uur opgehaald en zijn we met een groep van 10 personen naar de Parfumpagode gegaan. Deze pagode ligt 60 km van Hanoi verwijdert en de route er naar toe gaat over kleine weggetjes door het platteland van Vietnam. De oogsttijd van de rijst is in volle gang en er heerste een grote bedrijvigheid. De gemaaide rijst wordt op de weg gelegd en het verkeer (hoofdzakelijk fietsers en brommers en enkele toeristenbusjes) doen het werk wat bij ons het dorsmachine doet. Met de auto kun je niet bij de pagode komen, vanaf My Duc is het nog 1 uur roeien naar de pagode. De Parfumpagode is schitterend gelegen in bergachtig gebied, de pagode is eigenlijk een indrukwekkende grot waar al honderden jaren gelovige boedisten naar toe trekken om er te bidden. Zondag wat langer in bed gebleven, we werden om 7 uur gewekt door een knallend onweer, hebben ons omgedraaid en zijn nog wat gaan slapen. Om 8 uur opgestaan een scooter bestelt bij de receptie en zijn gaan ontbijten. Na het ontbijt stond de scooter klaar en zijn we weer de hele dag de stad ingedoken.

                           

Maandag 6 okt. vertrekken we met de trein naar Sapa, hoe dat verloopt lees je in het volgende verslag.

Vietnam Deel 2 

Maandag 6 okt. We vertrekken niet met de trein naar Sapa, maar onze privé chauffeur komt ons met zijn 4 wieldrive ophalen en we beginnen aan een rondreis van 7 dagen door de kop van Noord-Vietnam. Onze chauffeur Tsjien zal al die tijd bij ons blijven, een klein nadeeltje, Tsjien spreekt geen Engels wel Russisch, maar daar zijn wij niet zo goed in, maar we komen er wel uit. Onze eerst bestemming is Mai Chau. Het duurt ruim anderhalf uur voor we uit de heksenketel van Hanoi zijn, maar erg rustig is de weg dan nog niet. Overal zwerven de brommers en fietsers nog over de weg en erg veel respect hebben ze niet voor de auto’s, ze zijn nog altijd King of the Road omdat ze ruim in de meerderheid zijn. De weg loopt naar het westen naar de stad Hoa Binh, we passeren vele dorpjes, die eigenlijk een lang dorp vormen langs de hoofdweg. Na Hoa Binh loopt de weg nog steeds in westelijk, richting de grens van Laos. Het wordt nu wat rustiger op de weg en de dorpen liggen wat verder uit elkaar. Rond het middaguur arriveren we in Mai Chau, waar we in een dorp van de Thai overnachten. In het noorden van Vietnam wonen veel bergstammen waarvan de Thai er een is. Het dorp blijkt een echt toeristendorp te zijn waar ieder huis wel een winkeltje heeft, waar ze hun spullen proberen te verkopen. Na een traditionele lunch (heerlijk) zijn we naar een ander Thaidorp gewandeld waar de bevolking op het rijstveld aan het werk is, de oogst is in volle gang. Daar hebben we mooie opnamen gemaakt. Dinsdag 7 okt. om half 9 vertrekken naar onze volgende bestemming, Son La. Het landschap is erg bergachtig en tussen de dorpen wordt rijst, thee en maïs verbouwd. En nog altijd is onze Tsjien niet verlost van de brommers op de weg, maar dat is zijn probleem, wij genieten van het schitterende landschap en laten hem af en toe stoppen om opnamen te maken, of om wat te drinken.

                                   

Om half 1 bereiken we Son La, de Fransen hadden hier in hun tijd een beruchte gevangenis waar veel vrijheidstrijders van Ho Chi Minh door de valbijl om het leven zijn gebracht. De gevangenis ligt boven op een heuvel en is nu een museum. Vanaf de uitkijktoren van de gevangenis zie je pas goed hoe mooi Son La is gelegen. Het klimaat is heerlijk, de hoge luchtvochtigheid van Hanoi is totaal verdwenen. De stad wordt nog maar mondjesmaat door toeristen bezocht en overal in de stad zie je de bergbevolking lopen in hun kleurrijke kleding. Woensdag 8 okt. de bagage wordt weer in de Toyota landcruiser geladen en we verlaten de stad aan de westkant. We dachten dat we al een stuk belabberde weg achter ons hadden, maar wat we nu voor de wielen krijgen slaat werkelijk alles, de gemiddelde snelheid ligt rond de 20 km per uur dus als je flink doorloopt kun je het te voet bijhouden. Dit deel heeft tijdens het regenseizoen helemaal onder water gestaan en er wordt met man en macht gewerkt om de weg weer begaanbaar te maken, maar onze chauffeur blijft er koud onder en heeft er geen probleem mee. Het landschap wordt al maar mooier, prachtige groene rijstvelden die omzoomd worden met een typische Chinees berglandschap. We passeren een vrachtwagen de een modderlawine niet heeft kunnen ontwijken die net voor hem de weg op schoof en er vol is ingedoken. Langs de weg lopen kleurrijk uitgedoste bergbewoners van de Thai stam en de Mong. Laura heeft geen enkele moeite om ze op de foto te krijgen, ze poseren geduldig. 2 vrouwen vragen of ze mee mogen rijden naar hun dorp 7 km verder, wij vinden dat geen enkel probleem, plaats genoeg en onder veel gegiebel stappen ze in. Ze hebben constant verhalen verteld en gelachen, maar we hebben er niets verstaan. Rond 3 uur kwamen we helemaal door elkaar geschut aan in Dien Bien Phu. Hier in deze vallei hebben de Fransen hun laatste grote slag geleverd met het Vietnamese leger van Ho Chi Minh, en verloren. In de stad hebben we het oorlogsmuseum bezocht waar de slag wordt uitgebeeld. Overal in de vallei vind je op strategische punten monumenten en ook de Franse bunker A 1 waar de Franse generaals zaten zijn nog in takt en te bezichtigen. Net als we die bekeken hebben valt er een echte tropische regenbui en haasten wij ons naar het hotel. Donderdag 9 okt. slecht geslapen, een bed zo hard als beton, een airco met het geluid van een tractor (niet gebruikt) een ventilator die een irriterend geluid maakt, zelfs als hij uit staat, ra ra hoe kan dat en een stel hanen in de buurt die niet wisten dat ze alleen maar mogen kraaien als het licht wordt. Slecht hotel, zullen we niemand aanbevelen, maar je zult er toch terecht moeten, want het is het enige van Dien Bien Phu. Om 8 uur vertrokken naar Lai Chau, de weg is stukken beter dan gisteren en voert door een dun bevolkt gebied langs de Chinese grens. Gisteren kwamen we langs veel Thai dorpen, maar vandaag zitten we in het gebied van de zwarte M'hong.

                                        

Hun dorpen bestaan vaak uit een 8 tal huizen. De M'hong bouwen hun huizen niet op palen zoals de meeste andere bergstammen. Ze verbouwen graan tarwe en maïs, maar op afgelegen veldjes verbouwen ze ook nog wel eens stiekem papaver de deugnieten. Het wordt saai om te vertellen maar de hele dag reizen we door een berglandschap met adembenemende vergezichten. Om 17 uur komen we aan in Tam Duong waar we overnachten in een groot hotel van de zelfde organisatie als de afgelopen nacht. Voor het diner hebben we kip besteld dan kan die ons vannacht tenminste niet meer uit onze slaap houden. Vrijdag 10 okt. om 10 voor 7 door de wekker wakker geworden, als een blok geslapen op heerlijk zacht bed, ik heb ze gelijk verteld dat ze een paar van zulke bedden naar Dien Bien Phu moeten brengen. Vandaag hebben we een korte rit, Sapa onze volgende halte is maar 80 km. Sapa is bekend van zijn markt, waar alle soorten bergstammen uit de wijde omtrek hun producten komen verkopen en zelf levensmiddelen komen inslaan. Om 12 uur komen we aan, we hebben er lang over gedaan omdat we talloze malen gestopt zijn om mooie tafereeltjes te filmen van bergmensen die overal op het land aan het werk zijn. Sapa is hoog gelegen en de temperatuur is er heerlijk, rond de 22˚ C. De straten zijn gevuld met honderden bergbewoners die allemaal hun handwerk aan de toeristen willen verkopen, als je maar even interesse toont drommen tientallen om je heen die op een vriendelijke doch dringende manier aan je willen verkopen. Het valt op hoe goed dat ze Engels spreken wat bij de Vietnamese nog al eens wat te wensen overlaat. Ze beginnen met te vragen waar je vandaan komt, dan volgt steevast hoe heet je, meteen krijg je te horen hoe zij heten en vertellen ze hoe oud ze zijn en schatten dan jouw leeftijd, maar ze zijn er heel bedreven in om je veel jonger te maken dan je in werkelijkheid bent, zo proberen ze je op een amusante manier te paaien. Als ze denken nu kan het komt de vraag, koop je een kleinigheid van mij en blijven er altijd bij lachen ook al koop je niks. We blijven 2 dagen in Sapa, zaterdag hebben we een brommer gehuurd en zijn de omgeving van Sapa gaan verkennen. We hebben twee dorpen van de M’hong bezocht en het is komisch om te zien hoe ze allemaal met hun mobieltje zitten te bellen of sms’jes te versturen, ze doen echt niet onder voor de jeugd in Nederland. Zondag moeten we vroeg op en moeten we al om 7 uur vertrekken, we gaan eerst nog naar Bac Ha, waar op zondag een grote markt is en dan door Hanoi waar we ’s avonds laat aankomen, maar hoe dat verloopt, kun je lezen in het volgende verslag.

                                     

Vietnam  deel 3

Tien voor zeven, mooi op tijd weg in Sapa.

Onze chauffeur Tsjien is in opperbeste stemming, maar dat is hij eigenlijk altijd wel, in zeer gebrekkig Engels maakt hij af en toe een grapje. Hij zegt in China rijden ze rechts, in Thailand rijden ze links en in Vietnam maakt het niet uit, daar mag je zelf kiezen en het ergste is dat het nog de waarheid is ook. Het is onvoorstelbaar dat we nog geen dode langs de weg hebben zien liggen. Dat komt denk ik omdat wij in Nederland er van uit gaan dat onze rijbaan vrij is, in Vietnam doen ze dat niet, daar gaan ze er van uit dat er iedere meter een onverwacht obstakel op de weg is en er wordt niet hard gereden. Vanaf Sapa daalt de weg constant en is hij in een uitstekende conditie. Maar als we de grensplaats met China, Lao Cai gepasseerd zijn is dat voorbij, de weg loopt vlak langs de grens met China en kan zo als een traject in de Dakar rally worden ingepast. Helemaal door elkaar gehusseld komen we rond 9 uur in Bac Ha aan. Wat we daar te zie kregen overtrof elke verwachting, nog nooit hebben we z’n kleurrijke markt gezien, Duizenden Bloem M’hongs zijn totaal uitgedost in hun beste kleren van heinde en verre naar Bac Ha gekomen om er spullen kopen, spullen te verkopen en om er de jeugd in contact te laten komen met het andere geslacht, want op zulke plaatsen ontmoeten ze elkaar om een relatie aan te gaan. Maar ook buffels, paarden, varkens, kippen en honden wisselen hier van eigenaar, onvoorstelbaar wat je hier te zien krijgt. Om half elf moesten we weer bij de auto terug zijn want we hebben nog een flink stuk af te leggen, voor we in Hanoi zijn zei Tsjien. Uit zijn half Engels en gebarentaal was ons duidelijk geworden dat we ’s avonds rond 9 uur in Hanoi zouden arriveren. Ik dacht, dat hebben we verkeert begrepen, want na een blik op de kaart dacht ik zeker dat moet vlugger kunnen. Maar om een lang verhaal kort te maken, tot 35 km voor Hanoi hebben we weg gehad waar de gemiddelde snelheid absoluut niet boven de 15 km per uur lag en moesten er brommers, bussen, vrachtauto’s en talloze ossenkarren gepasseerd worden. Tsjien had toch gelijk en we hadden het toch goed begrepen, om exact 9 uur stapte we helemaal gaar voor het hotel uit en we hadden onderweg geen enkele onverlichte ossenkar geraakt, want vanaf half zeven hadden we in het donker gereden. Knap werk Tsjien. Het verhaal van maandag 13 okt. is kort. RUSTDAG. Beetje luieren en rondhangen in de stad, even geen camera. Een bezoekje gebracht aan Mister Ha van Discover East waar we deze trip voor gedaan hebben. Dinsdag 14 okt. is ook een rustdag, omdat de bus die ons naar Ninh Binh brengt ons ’s avonds om 17 uur op pikt bij het hotel. Met een klein busje worden de toeristen bij hun hotel opgehaald en naar het busstation gebracht om over te stappen in een grote luxe bus. Het wordt toch nog kwart voor negen voor de bus naar Ninh Binh vertrekt. Gelukkig is het niet zo ver rijden en komen we kwart over tien aan bij het hotel waar we overnachten. Woensdag 15 okt. stappen we om half negen op de brommer en rijden naar het 12 km verder gelegen Tam Coc, waar we een landschap aantreffen dat te vergelijken is met Ha Long Bay.

                                    

Bergen die de vorm hebben van enorme molshopen rijzen uit het ondiepe water omhoog. Toeristen kunnen plaatsnemen in platte bootjes en worden over het 50 cm diepe water geroeid. Het is dus volop genieten, geen herrie van buitenboordmotoren, alleen roeien vrouwen met een boot vol snuisterijen en frisdrank mee om dat tijdens de tocht aan toeristen te verkopen. Het is gaan regenen en nat komen we in het hotel aan waar we de brommer weer inleveren. We nemen ons gemak, want vanavond stappen we om 9 uur in de slaapbus en rijden ‘s nachts naar Huė, ja,  een slaapbus, dat heb je goed gelezen. Een uiterst luxe vervoermiddel, waar ongeveer 45 personen zich 2 hoog in een smal bedje kunnen uitstrekken, en ik moet zeggen dat reist heel wat prettiger dan een hele nacht op een stoel te moeten zitten, zoiets moeten ze nog in een vliegtuig toepassen. Donderdag morgen rijden we om 8 uur Huė binnen, eerst een ontbijt en daarna een verfrissende douche. We zien duizenden regencape met daarbovenop een helm op een brommer zitten, dat is geen goed teken, juist het regent, dus de camera blijft in de koffer, het kan wat lijden want we liggen 2 dagen voor op ons schema. We lopen de stad in om te kijken wat we ons nog herinneren van 13 jaar terug. De Parfumrivier die de stad in tweeën deelt is nog steeds het zelfde, ook de verboden stad ligt er nog, maar op een andere oever dan waar ik hem verwachten, maar dat zal wel een foutje in mijn geheugen zijn, want het lijkt me een heel karwei om het enorme bouwwerk te verplaatsen. We zitten in de lobby van ons hotel naar buiten te kijken en pats boem daar komen twee brommerende regencapejes met elkaar in botsing, niks aan de hand,  er wordt gekeken of de brommer het nog doet, naar elkaar gelachen en ieder vervolt zijn eigen weg. Toevallig sloegen we het incident met 3 Belgen en 1 Hollander gade, die zeiden meteen, dat had bij ons moeten gebeuren dan waren er minsten een paar middelvingers en weet ik al niet meer aan te pas gekomen,

                                           

maar niet in Vietnam, ze drukken elkaar hier ook lachend (bijna) de sloot in als ze het net niet halen bij een inhaalmanoeuvre om weer op tijd op hun eigen rijbaan te zijn. Vrijdagmorgen 17 okt. nog steeds een dreigende lucht en de regen komt met bakken uit de hemel. De straat voor en naast ons hotel begint al de vorm van een rivier aan te nemen en om 10 uur zit de trapas van de fietsers al onder water, maar een beetje Vietnamees tukt hier niet voor en trapt rustig door. Wij blijven lekker in het hotel en slaan vanuit onze kamer (2 hoog) de straattafereeltjes gade. Zaterdagmorgen was al het water weggetrokken en zag het er beter uit, om half 10 met de brommer van de hotelbaas zijn we er opuitgetrokken om onderhand toch maar weer eens wat beelden te gaan schieten, want we beginnen onderhand echte toeristen te lijken. De belangrijkste attractie van de Hue is de Verboden Stad, van waaruit de vroegere keizers heersten over hun rijk. Voor de oorlog was het een pronkstuk dat kon wedijveren met de Verboden Stad in Peking. Maar tijdens het Ted offensief hebben de Amerikanen het bijna totaal plat gebombardeerd.  Sinds kort heeft Unesco zich er over ontfermd en wordt het weer stukje bij beetje gerestaureerd. Maar het grote probleem is dat het ook echt een verboden stad was en dat bijna niemand weet hoe het er vanbinnen precies heeft uitgezien. Even nog een regenbuitje tussendoor, dus gebruiken we de keizer zijn optrekje om even te schuilen, daarna volgen we de Parfum rivier, tot 4 km buiten de stad, waar de Thien-Mu-Pagode ligt. Dit is een van de belangrijkste pagodes van Vietnam die enkele belangrijke monniken heeft voort gebracht. Die monniken wisten wel waar zij hun stulpjes moesten bouwen, want hij is werkelijk schitterend gelegen in een bocht van de Parfum Rivier. Ik snap trouwens niet hoe ze aan die naam komen, hij ziet er beslist niet smerig uit, maar dat hij nu naar parfum ruikt kan ik niet zeggen. Ik zal het even voor jullie navragen en zal kijken of ik in het volgende verslag het antwoord heb.

 

Vietnam. Deel 4

Helaas, heb het vraagteken van de Parfumrivier niet kunnen oplossen. We hebben het aan verschillende Vietnamezen gevraagd, maar ze lachten wat schaapachtig en wisten het ook niet of begonnen een onsamenhangend verhaal te vertellen. Dus moet ik thuis eens in de boeken duiken om het juiste antwoord te vinden. Dinsdag 21 okt. in stromende regen in Hue vertrokken voor een 4 uur durende rit naar Hoi An. Onderweg klaarde het weer op en bij aankomst in Hoi An was het droog en heeft het de hele middag niet meer geregend. Woensdag, stralend weer met een mooie blauwe lucht, hebben we al verschillende dagen niet meer gezien. In Hoi An ligt nog flink wat Hollandse historie, want in de 17de en 18de eeuw lagen regelmatig de schepen van de VOC in

                                   

 de haven van Hoi An om handel te drijven met de Vietnamezen, maar ook met de Chinezen en de Japanners die in de Thu Bon rivier voor anker gingen om van handelswaar te verwisselen. Al dat gehandel heeft Hoi An geen windeieren gelegd en is het oude centrum met veel oude pakhuizen en voor die tijd luxe huizen van kooplieden goed bewaard gebleven. Dat viel in 1999 de Unesco ook op en heeft het oude centrum aan de Thu Bon rivier onder haar hoede genomen. Tegenwoordig is Hoi An het Volendam van Vietnam, waar iedere buitenlandse toerist naar toe moet. Van alle winkels bestaat 60 % uit kleine bedrijfjes waar je in één dag tijd een complete garderobe kunt laten maken voor de helft van de prijs wat je er in Nederland voor neer moet tellen. En er wordt druk gebruik gemaakt van de naaikunst van de Hoi Anners. Zeker onder het Back Packers volkje wordt druk handel gedreven en vertrekken vele met een uitpuilende koffer, dat de VOC schepen hier ooit lagen dat weten ze niet, en dat zal ze worst wezen, maar zij hebben hun slag geslagen. Donderdag 23 okt. Hups, weer op de motorbike en we snorren langs rijstvelden naar het 30 km verder gelegen My Son in de marmerbergen. Daar brengen we een bezoek aan een oude Chamstad, die Franse archeologen eind 19de eeuw bloot legden. De bouwwerken die door het oerwoud overwoekerd waren dateerden uit de 3de eeuw. Helaas heeft het complex door Amerikaanse bombardementen grote schade opgelopen, maar Unesco heeft weer enkele bouwwerken in de steigers staan en worden weer in de oude staat teruggebracht. ’S Avonds  even de stad in, want we konden de verleiding niet weerstaan om ook wat bloezen te laten maken, hebben meteen ook maar een grotere koffer gekocht want de spanning op de ritssluiting werd te groot. Zaterdag 25 okt. intussen staat de ritssluiting van de nieuwe grotere koffer ook al strak,

                                          

Laura zag zoveel leuke broeken, jurken en bloesjes, dat het zonde was om ze te laten hangen voor dat geld vond ze,  ja ja……. Om 18 uur komt de slaapbus die ons bij het hotel oppikt voor een 12 uur durende rit naar Natrang. We hebben plaatsen helemaal achter in de bus, 5 slaapplaatsen langs elkaar boven in, die we delen met nog een Nederlands stel en een Zweeds meisje, haar vriend slaapt een plaatsje voor haar ook 2 hoog. Het is een gezellige boel en we hebben een dubbele verjaardag te vieren, ik ben nog de hele avond jarig en om 12 uur neemt het Zweeds meisje het over, dan is zij jarig. Het Zweedse stel hadden we al ontmoet in de bus van Hue naar Hoi An, dus die kenden we al. Het Nederlands stel zagen we nu voor het eerst, met de Zweden hadden we al afgesproken dat we een party zouden houden in de bus dus hadden wij gebak gekocht voor vier personen  en zij de chips, het Hollands stel wilde ook delen in de feestvreugde en zorgden voor wat blikken bier,  het gebak was groot genoeg en ook van de chips konden nog wel 2 personen meedelen, het is nog lang onrustig geweest achter in de bus. Na een spartaanse tocht, want Hy way nr.1  van Vietnam laat nog veel te wensen over, kwamen we om 6 uur in de morgen in Natrang aan. Ook Natrang kende we nog van 13 jaar geleden, maar het is een echte luxe badplaats geworden met grote 5 sterren hotels en een moderne allure, nu de wegen nog Vietnam dan begint het er op te lijken. We hebben toch maar eerst de hotelkamer opgezocht om nog wat bij te slapen en zijn rond 10 uur op de moterbike gestapt en zijn de stad gaan verkennen. Hier blijven we een tijdje hangen, want het weer is schitteren en het ziet er goed uit.  Laura wil hier ook wel eens op het oogverblindende strand liggen. Vanavond hebben we met de Nederlanders en de Zweden afgesproken om gezamenlijk nog een heerlijk helder Heineken te gaan drinken, want die hebben ze hier genoeg.  Hoe dat verloopt lees je in het volgende verslag.

 

Vietnam        deel 5 

Even kijken waar waren we gebleven, o ja, het dubbele verjaardagsfeest van Jan en de Zweedse Marle. Doe even je ogen dicht en stel je een prachtig ressort voor onder wuivende palmen aan een zwoel strand, met een ruisende branding en twinkelende lichtjes op zee van de vissers bootjes.  Heb je het? Juist daar zitten wij met Michel en Marle uit Zweden en Roel en Jannettine uit Tilburg, kruikenzeikers van rond de 26 jaar. Om kort te zijn het was reuze gezellig en het is laat geworden. Maar de volgende dag weer gewoon aan het werk, het is prachtig strandweer dus moeten er mooie shotjes van het strandleven worden gemaakt. Ook de vissershaven van Nha Trang moet in beeld worden gebracht want die staat bekend als de kleurrijkste van Vietnam. En inderdaad honderden kleurige blauwe boten met op de boeg 2 ogen om de boze geesten van het water te verdrijven liggen te dobberen in de haven, of varen uit of komen met vis beladen terug in de haven. Het is een hele bedrijvigheid. Vlak bij de brug over de

                                     

 vissershaven liggen de Po Nagar Towers, oude Cham tempels uit de 3de eeuw. Ook die moeten in beeld gebracht worden. De derde attractie van Nha Trang is de Big Boeddha. Een Boeddha beeld van 9 meter hoog die vanaf een heuveltop over de stad uitkijkt. Bij een Tempel begint de weg omhoog, 150 trappen voeren naar de grote witte Boeddha. Met onze Honda knorren we van de ene attractie naar de anderen. Dinsdag 28 okt. Laura gaat naar de kapper want ze ziet hier zo veel leuke modelletjes rond lopen, dat ze het volste vertrouwen heeft gekregen in de Vietnamese kapsters. Maar toen die hun creativiteit op Laura’s haardos loslieten raakte ze toch behoorlijk in paniek, want ze zag dat er wel erg grote plukken haar op de grond vielen, kort is leuk, maar zoooo kort, maar ja het was er af, en dus gaat Laura nu met een zeer luchtig kapsel verder door Vietnam. Van werken komt die dag niet veel meer, het grootste deel van de dag speelt zich rond de spiegel af om aan haar kapsel te wennen. Nog even een douche, misschien lijkt de haardos dan wat voller, maar ook dat valt tegen. Ik wil even terug komen op de Parfumrivier in Hue, ik heb namelijk hulp gekregen van mijn broer Theo, hij heeft het met Duitse grundligkeit onderzocht en is tot de volgende conclusie gekomen. De parfumrivier heeft zijn naam te danken aan heerlijk geurende waterhyacinten, die inderdaad met duizenden op de ondiepe plaatsen in de rivier groeien, na een onweerbui slaan ze los en drijven met honderden op de rivier. De heerlijke geur die zij verspreiden heeft de rivier zijn naam gegeven. Ziezo, dat vraagteken is ook weer opgelost met dank aan onze Theo. Woensdag 29 okt. het is 6 uur in de avond en de duisternis is net ingevallen. We komen net terug in Nha Trang van een dagtocht door het achterland, weer veel rijstvelden gezien prachtig gelegen in de bergen. Maar we waren nog maar een half uur onderweg toen we ontdekten dat we een kapotte achterband hadden. Een reparateur was snel gevonden, we noemen het maar geen garage, want meestal staat er een fietspomp voor een huis en dan weet je dat ze hier brommers repareren. 

                                     

20 Minuten later en 5000 dong armer (0,23 eurocent) konden we onze weg weer vervolgen, dus om 6 uur waren we terug en waren op zoek om wat te eten. De hele dag hadden we al rijst gezien dus waren we op zoek naar iets anders. Opeens viel ons oog op het woord schnitzel, frikadellen, braadworst, braadkartoffelen, rootkool en nog enkele Duitse uitdrukkingen, we waren meteen verkocht, na 4 weken azie foot liep ons het water uit de mond. Een Duitser was hier 13 jaar geleden neergestreken en was een restaurant begonnen. Laura deed zich te goed aan sweinenbraten met rode kool en aardappelpuree, ik hield het bij een echte Duitse schnitzel met braadkartoffelen en bonensalade. De prijs was niet te vergelijken met wat we anders kwijt zijn, maar dat mag de pret niet drukken, we waren de Duitser dankbaar dat hij zich in Vietnam gevestigd had. Daarna zijn we naar Hahn Cafe ( dat is de busorganisatie) gereden om onze bus voor de volgende dag naar Dalat te boeken. Donderdag 30 okt. vertrokken we om half 8 in Nha Trang voor een 175 km lange trip naar Dalat. Kwart voor 8 hadden we de eerste koffie stop, we waren de stad nog niet uit of de chauffeur zetten zijn bus aan de kant van de weg en stapte met zijn collega uit, lachend riep hij naar de 6 betalende passagiers, want we hadden een verstekeling aan boord, ik denk familie van een van de chauffeurs, koffietijd en hurkte neer bij een tafeltje van 20 cm hoog en namen er hun gemak van. Na 20 min. ging de tocht weer verder. Ze gunde ons ruimschoots de tijd om van de omgeving te genieten, want ze reden op een 4 baans weg  met een snelheid van 40 km per uur. Brommers en vrachtauto’s kwamen ons links en rechts voorbij, fietsers wisten we nog net voor te blijven. Na een uur van het landschap te hebben genoten stopte we bij een echt restaurantje en was het nu voor ons ook koffie tijd. De chauffeurs slurpte een kom soep leeg en vlijde zich in een hangmat en deelde ons mede dat we 45 min pauze hadden. Daarna ging de rit weer verder, de snelheid viel nog verder terug, maar dat kwam omdat ze nu niet sneller konden de weg had nu een stijgingspercentage van ruim 12 % en we stegen naar grote hoogte. Na 1.5 uur kwamen we boven op de pas aan en werd er gestopt bij een kapelletje langs de weg waar wierookstokjes werden geofferd uit dankbaarheid dat de bus het had volgehouden. Ook achter het nummerbord van de bus werden een paar brandende wierookstokjes gestoken. Dit hele ritueel nam 45 min in beslag, daarna ging de rit weer verder, even kwamen we zelfs boven de 55 km uit, maar nu hoefde het van ons niet sneller want de weg ging behoorlijk omlaag. Maar dat was maar even want snel verschenen de bordjes 10 tot 12 % stijging en zaten we weer aan de 25 km per uur. Nog een keer werd er gestopt en na precies 7 uur reizen arriveerden we in Dalat. Onze 2 chauffeurs hadden meer genoten van de trip dan wij en ze waren nog zo fris als een hoentje en we kunnen niet zeggen dat ze een stressvol bestaan hebben als je 7 uur mag doen over 175 km.

                                         

Vietnam        deel 6

 Dalat ligt op ruim 1500 meter boven de zeespiegel en was in de Franse tijd al een geliefd toevlucht oord om de hitte van Saigon even te ontvluchten. Het heeft het hele jaar rond een lenteachtig klimaat en de stad is hoog in de bergen omringd door kassen waar allerhande groenten worden geteeld. De hoge luchtvochtigheid die we in Nha Trang nog hadden is hier totaal verdwenen en voor het eerst wordt er in de koffer naar de truien gezocht. 3 dagen hebben we Dalat en omgeving onveilig gemaakt waarvan twee dagen met een brommer. En jawel hoor, ongeveer 12 km van Dalat, een behoorlijk stuk van de bewoonde wereld, weer een kapotte band. Dat zag er niet zo mooi uit. Als er huizen staan is het geen probleem, in Vietnam kan iedereen banden plakken. We hadden besloten dat Laura zou proberen een lift te krijgen op een andere brommer om bij het verhuurbedrijf een mannetje te regelen die naar ons toe kwam om de band te repareren. Maar we hadden nog geen 500 meter met die brommer lopen zwoegen toen de bus voorbij kwam. Hij ging vol in de remmen en zette de bus terug tot in een levensgevaarlijke bocht. Door zijn open raampje riep hij dat hij ons voor 100.000 dong (4.5 euro) mee naar Dalat zou nemen kompeet met brommer. Daar hoefden we natuurlijk niet lang over na te denken. Samen met zijn conducteur tilde hij de brommer (in de gevaarlijke bocht) in de bus en daar gingen we. In Vietnam is alles mogelijk, wij waren snel in Dalat en hij had mooi een extra dagloon verdiend, want een kaartje kregen we niet. Na 4 dagen verlieten we Dalat en vertrokken we naar Mui Ne, een nieuw vakantieoord 200 km ten noorden van Saigon. In een razend snel tempo verrijzen er nieuwe hotels en ressort langs het prachtige strand, maar ze hebben een groot probleem, voor al dat vakantie geweld hebben ze niet genoeg stroom. Daar hebben ze iets op gevonden, gewoon een knop omdraaien zodat de hotels geen stroom meer hebben. Je hoort meteen wanneer ze dat gedaan hebben, want dan worden overal bij de hotels en de winkels de dieselmotors opgestart die een generator aandrijven en moeten ze zelf voor hun stroom zorgen.

                                           

We hebben het er toch maar weer op gewaagd en zijn er weer met de brommer opuitgetrokken. 15 km ten noorden van Mui Ne liggen de Red Dunes, hoge rode duinen die je het idee geven dat je in de Sahara bent. Kinderen lopen er met plastic matjes te leuren, die je kunt huren om van de duinen te glijden. Mui Ne is een heerlijk oord en van de wateroverlast die ze in de omgeving van Hanoi hebben, merken we hier niets, prachtig zonnig weer met temperaturen van rond de 28˚ C. We hebben het noorden op tijd achter ons gelaten. 3 Tot 4 dagen hadden we hier gepland, maar we blijven er 7 want we hebben het hier uitstekend naar onze zin, we liggen ver voor op ons schema en er kan wel een weekje vakantie van af. Als je aan het strand ligt verveel je je geen moment, de lucht is gevuld met vliegers van de kite surfers en de zeiltjes van de windsurfers, wat een kleurrijk plaatje oplevert.

Dit reisverslag is maar kort, want we hebben vakantie.

Vietnam   Deel 7 

Zo, de vakantie is voorbij, weer volop aan het werk.

                                           

Het is zondagavond en we rollen met de bus Ho Chi Minh City (Saigon) binnen. Ik begrijp nu waarom de Duitse stewardess, die we in Mui Ne hebben leren kennen er voor gekozen heeft om met de trein naar Ho Chi Minh te gaan.  Het verkeer is een complete gaos, stapvoets kruipen we vooruit, de 2 baans weg is een 3 baans geworden, want er heeft zich nog een rij auto’s tussen de 2 bestaande rijen gevormd. En daartussendoor zoeven in groten getale de brommers die met minachtig de auto’s zo min mogelijk ruimte gunnen, want zij zijn met veel meer. Maar dat ze altijd het onderspit delven, wanneer ze met een auto in aanraking komen schijnt ze niet te deren, met ware heldenmoet storten ze zich voor een grote bus om hem de pas af te snijden, petje af voor ze, ik doe ze het niet na. Op alle officiële papieren staat de stad vermeld als Ho Chi Minh, maar geen hond noemt de stad bij haar officiële naam, iedereen gebruikt nog altijd de oude naam SAIGON de naam die de stad droeg voor de verovering door de noordelijke troepen. Als eerbetoon aan hun grote leider Ho Chi Minh, hebben ze de meest liberale stad van Vietnam naar hem vernoemd. Misschien ook wel om de inwoners een beetje te pesten, maar die trekken zich daar niet van aan en zetten op hun bussen gewoon Saigon. Na de machtsovername van de noordelijke heeft Saigon het een tijd moeilijk gehad, maar de stad is terug als nooit te voren en bruist van alle kanten. Een minpunt is dat er opvallend veel mannen van tussen de 50 en 60 jaar hun laatste krachten komen verspelen aan 20 jarige Vietnamese schonen die hem helemaal afpeigeren. Met grote wallen onder hun ogen verlaten ze op handen en voeten de peeskamertjes om zich op een grote fles Saigon te storten (het goedsmakende plaatselijke bier) om weer enigszins op krachten te komen. Als brave huisvaders of schuchtere vrijgezellen die in Europa geen vrouw aan durven te kijken keren ze weer huiswaarts. Woensdag 12 nov. Stappen we in de bus van Singh Café, de grootste Vietnamese touroperator waar we in 1995 ook al me hebben samengewerkt.

                                       

We gaan naar de Cao Dai tempel in Tay Ninh en naar de Cu Chi tunnels. De Cao Dai is een sexten die van elk geloof het beste hebben genomen volgens hun idee en dat hebben samengesmeed tot een nieuw geloof. Het is een bijzonder kleurrijk geheel, sommige vinden hun kathedraal erg kitscherig, maar een ding is zeker het levert wel een erg kleurrijk plaatje op en ze doen geen mens kwaad. Daarna rijden we naar de grootste nachtmerrie van de Amerikanen tijdens de oorlog, de Cu Chi tunnels, een tunnelstelsel van 3 verdiepingen met een lengte van ruim 250 km. Diverse gangen kwamen midden op de Amerikaanse basis uit, de vietcong gebruikte de gangen om aanslagen te plegen op de basis en verdwenen dan weer razendsnel ondergronds. De Amerikanen hadden wel een vermoeden maar hebben de uitgangen nooit kunnen vinden. Op sommige plaatsen wisten ze wel de ingangen, maar ze durfden er niet in omdat de gangen vol met valstrikken zaten. Donderdag 13 nov staat er weer een trip gepland met Singh Café, dit maal gaat het naar de Mekong Delta waar we in Can Tho een drijvende markt in beeld brengen. In de Mekong Delta heeft de rivier de Mekong die zijn oorsprong in Tibet heeft zich opgesplitst in 9 rivieren. Er zijn in de delta niet veel wegen, bijna al het vervoer vind over water plaats. Tussen al deze waterwegen liggen rijstvelden die worden omzoomd met kokospalmen.

                                       

We bezoeken de drijvende markt van Vinh Long en Can Tho. De markt begint al om 6 uur in de morgen, de handelslui die hoofdzakelijk groente en fruit geladen hebben, leven met de hele familie continu op hun boot. Tussen de rivierarmen zijn wel honderden kanalen gegraven zodat alle rivierarmen met elkaar in verbinding staan. Je kunt het 't beste vergelijken met de Biesbosch, maar dan 10 maal groter. We gaan met een kleine motorboot de rivierarmen en de kanalen op om het leven langs het water in beeld te brengen. Het is maar goed dat de schipper hier de weg weet, want het is een grote doolhof van waterwegen. Hier en daar gaan we aan land om kleine fabriekjes te bekijken, waar hoofdzakelijk producten van kokosnoten vervaardigt worden. Na 3 dagen Mekong Delta keren we weer terug naar Saigon, waar we ons weer opmaken voor de terugreis naar Nederland. We hebben Vietnam ervaren als een uiterst plezierig en veilig land om in rond te reizen en dat nog niet gewend is aan massatoerisme. De vriendelijkheid van de bevolking de mooie stranden het indrukwekkende landschap en dat te samen met een wel heel rijke cultuur maken Vietnam het bezoeken waart.

Tot ziens in Nederland

Laura & Jan van Free Bird Focus.                 

Terug
Terug